ontdek de zes signalen die volgens psychologen een 'imposter'-collega onthullen en leer hoe je ze herkent op de werkvloer.

Deze zes signalen verraden een ‘imposter’-collega, volgens psychologen

User avatar placeholder
- 20/12/2025

Op de werkvloer duikt regelmatig het fenomeen van de ‘imposter’ op — een collega die ondanks succesvolle prestaties worstelt met intense zelftwijfel en een gevoel van bedrog. Psychologen waarschuwen dat dit psychologisch fenomeen vaak verborgen blijft, maar zich toch uit in herkenbare gedragingen. Het herkennen van deze signalen is essentieel voor een gezonde werkomgeving, waar mensen zich gesteund voelen en controle over hun werk kunnen behouden.

Signalering van ‘imposter’-gedrag op de werkvloer

Werknemers die lijden aan het imposter-syndroom voelen zich vaak onzeker over hun kwaliteiten, ook als ze objectief gezien succesvol zijn. Psychologen beschrijven hoe bepaalde signalen deze onzekerheid kunnen verraden. Bijvoorbeeld, een collega die constant commentaar zoekt op zijn werk, maar nooit tevreden lijkt te zijn, laat een typische vorm van zelftwijfel zien. Daarnaast vermijden ze soms opdrachten of verantwoordelijkheden uit angst om ‘ontmaskerd’ te worden als ongeschikt. Dit gebrek aan vertrouwen komt niet voort uit incompetentie maar uit een intern conflict tussen zelfbeeld en werkelijke prestaties.

Een ander duidelijk teken is dat deze ‘imposter’-collega vaak zijn of haar successen minimaliseert of zelfs toeschrijft aan geluk of hulp van anderen. Het accepteren van lof is voor hen lastig, omdat dit hun gevoel van bedrog versterkt. Op de lange termijn kan dit leiden tot vermijding van uitdagingen, wat opvallend kan zijn binnen een team waar anderen juist initiatief tonen. Door deze gedragingen kunnen collega’s onbewust afstand creëren, wat de imposter nog meer in onzekerheid terugwerpt. Dit patroon vereist daarom begrip en waakzaamheid binnen de werkplek om escalatie te voorkomen.

Hoe onzekerheid en controleverlies samenhangen

Een belangrijk psychologisch principe achter het imposter-syndroom is de strijd om controle te behouden. De illusie van controle zorgt vaak voor het onderdrukken van negatieve emoties die met onzekerheid gepaard gaan. Psychologen benadrukken dat een ‘imposter’-collega vaak hypergecontroleerd gedrag vertoont om te vermijden dat hun vermeende tekortkomingen zichtbaar worden. Dit uit zich bijvoorbeeld in een overdreven voorbereiding of het vermijden van mislukkingen door geen risico’s te nemen.

Deze fixatie op controle kan echter averechts werken. Wanneer de druk te hoog wordt, raakt de werknemer overbelast, wat leidt tot stress en verminderde prestaties. De spiraal van controle en controleverlies resulteert in een vicieuze cirkel van faalangst en verontrusting. Het erkennen van deze dynamiek is cruciaal op de werkvloer om preventief te handelen, bijvoorbeeld door open communicatie en het stimuleren van een niet-oordelende houding.

Daarnaast toont onderzoek aan dat empathische leidinggevenden die signalen van imposter-gedrag herkennen, beter in staat zijn om deze werknemers te ondersteunen. Door een veilige omgeving te creëren waar fouten bespreekbaar zijn, kunnen verborgen gevoelens van bedrog en onzekerheid worden aangepakt. Dit bevordert niet alleen het welzijn van de individuele medewerker, maar verhoogt ook de productiviteit binnen het team.

De rol van sociale interacties en feedback

In sociale interacties op de werkvloer spelen feedback en erkenning een grote rol bij het versterken of verminderen van het imposter-effect. Collega’s met het imposter-syndroom kunnen feedback als bedreigend ervaren, zelfs als deze positief bedoeld is. Psychologen leggen uit dat dit komt doordat ze hun eigen waarde constant in twijfel trekken, en complimenten daarom vaak niet als oprecht of welverdiend beschouwen.

Een voorbeeld hiervan is een werknemer die na een succesvol project direct reageert met excuses of een uitleg waarom het eigenlijk niet zo bijzonder was. Het gebrek aan acceptatie van complimenten kan teamdynamieken verstoren, omdat het onbedoeld afstand schept. Om die reden is het belangrijk om feedback op een zorgzame en constructieve manier aan te bieden, waarbij de nadruk ligt op concrete prestaties in plaats van algemene verklaringen.

Veranderde communicatiepatronen kunnen eveneens wijzen op het imposter-syndroom. Bijvoorbeeld, een collega die minder durft te spreken tijdens vergaderingen of zich opvallend bescheiden opstelt, kan onderliggende onzekerheid verbergen. Het begrijpen van deze signalen helpt teams om gerichter ondersteuning te bieden en het vertrouwen te herstellen. Dit vraagt een cultuur van openheid waar onzekerheid geen taboe is.

De impact van imposter-gevoelens op werkprestaties

Hoewel het imposter-syndroom tijdelijk kan lijken, heeft het op lange termijn een diepgaande impact op werkprestaties. Collega’s met deze gevoelens zijn vaak verlamd door angst om te falen, wat hen kan belemmeren in het nemen van initiatief of het presenteren van nieuwe ideeën. Psychologen benadrukken dat deze terughoudendheid niet voortkomt uit een gebrek aan talent, maar uit een intern conflict tussen zelfbeeld en externe verwachtingen.

Een bekend voorbeeld is een medewerker die consequent overuren maakt, probeert perfect te zijn, maar desalniettemin zichzelf onderwaardeert. Deze verborgen druk leidt vaak tot burn-out en uitputting. Daarnaast kan het uit zich in het vermijden van feedbackgesprekken of het minimaliseren van behaalde successen. Dit alles versterkt het gevoel van isolatie binnen het team.

De uitdaging voor organisaties is om een balans te vinden tussen het stimuleren van ambitie en het creëren van een ondersteunende omgeving. Het faciliteren van open gesprekken over twijfels en erkenning van de rol die onzekerheid speelt, helpt imposter-gevoelens te temperen. Zo ontstaat een werkcultuur waar iedereen zijn of haar potentieel durft te benutten zonder angst voor afwijzing of bedrog.

Praktische strategieën om imposter-gedrag te herkennen en aan te pakken

Het herkennen van imposter-gedrag is maar een eerste stap; het effectief aanpakken ervan vraagt om gerichte strategieën. Psychologen raden aan om regelmatig gesprekken te voeren waarin gevoelens van onzekerheid bespreekbaar worden gemaakt. Dit kan individuele coaching zijn, maar ook groepssessies waarin openheid wordt aangemoedigd zonder oordeel of schaamte.

Bovendien kunnen mentorprogramma’s helpen door medewerkers met imposter-gevoelens te verbinden met ervaren collega’s die praktijkervaring en vertrouwen delen. Dit contact maakt inzichtelijk dat twijfels normaal zijn en vaak wel te overwinnen. Daarnaast draagt het bij aan betere controle over emoties door het versterken van sociale supportnetwerken binnen het team.

Ook vóórkomen is beter dan genezen: trainingen gericht op het herkennen van stresssignalen en het aanleren van coping-technieken zoals mindfulness en cognitieve herstructurering, blijken effectief. Organisaties die deze aanpak integreren in hun beleid, investeren in het mentale welzijn van medewerkers en bevorderen daarmee een duurzame productiviteit en tevredenheid op de werkvloer.

Image placeholder

Andreas, 29 jaar oud, gepassioneerd door journalistiek en het ontdekken van nieuwe dingen. Ik houd ervan om verhalen te vertellen en voortdurend te leren over de wereld om me heen.

Plaats een reactie